Edward Clydesdale Thomson

Flock

Langzaam nader ik de zwerm sirenen die is neergestreken op de Paltz. Half mens half vogel lokten deze wezens met hun verleidelijke gezang schepen, die vervolgens op de klippen voeren, zo luidt de mythe. Als ik naar de wezentjes kijk, dan kijk ik terug in de tijd. Ik kijk naar de vroegste verbeelding van wat je een voorloper van een waarschuwingssysteem kunt noemen. Een onbetrouwbaar systeem, dat wel.

Het waarschuwingssysteem van Edward Clydesdale Thomson en zijn collectief Landfall moet ons behoeden voor uiteenlopend, nog onzichtbaar gevaar. Bij natuurlijke of menselijke dreiging komt het in actie: overvliegende satellieten, luchtverontreiniging, dreigende vulkaanuitbarstingen, maar ook de aanwezigheid van mobiele telefoons. Dreigt er iets te gebeuren dan maken de sirenen geluid, gaan trillen of laten rook of een geur ontsnappen. En inderdaad slaat een van de sirenen alarm zodra ik met mijn mobiele telefoon dichterbij kom.

Op een steenworp afstand van de Paltz ligt de voormalige militaire vliegbasis Soesterberg. Tijdens de Koude Oorlog bereidde men zich daar op het ergste voor. Ik ontdekte de plek toen kunstenaars de verhalen van de basis er weer tot leven brachten. Kunstenaar Laurence Aëgerter had haar aandacht gericht op een bunker waar je kon schuilen na een chemische, nucleaire of biologische aanval. Dit nauwelijks voorstelbare en onzichtbare gevaar greep me naar de keel toen ik in de bunker kwam. Aëgerter had de stoffen van de opklapbedden vervangen door weefsels waarin foto’s te zien waren van feesten op de basis. Nadat het kille tl-licht gedoofd was, gloeiden de voorstellingen in lichtgevende draad op. Alsof de werkelijkheid nog even als door een nachtkijker opgloeit, om dan voorgoed uit te doven.

Zo ongrijpbaar als het gevaar tijdens de Koude Oorlog geweest moet zijn, zo tastbaar wordt het op de Paltz. De mythologische wezentjes zijn wel degelijk te vertrouwen. Ze zijn verbonden met externe data. En dat maakt voor mij de impact ervan groter. Ik kan mij verbeelden dat er satellieten boven mijn hoofd voorbij schieten, maar als ik weet dat dit werkelijk gebeurt, maakt het meer indruk.

Mijn wereld wordt bovendien groter met al deze data binnen het bereik van mijn perceptie. Dat gaat verder dan verbeelding. En dat is precies waar Edward Clydesdale Thomson naar streeft. Kunst moet meer doen dan agenderen of verbeelden. Hij wil dat kunst actief deelneemt aan deze wereld en dat zijn projecten verankerd zijn in en met de werkelijkheid. Dat geeft zijn projecten diepte, betekenis en relevantie, zo vindt hij.

Kunstenaars kunnen hun werkgebied naar elk denkbaar gebied verleggen én naar gebieden die de kunstenaar denkbaar en voorstelbaar heeft gemaakt. Edward breidt het terrein van de kunst uit naar onze data gestuurde samenleving. Hij heeft ons blikveld geoutsourcet, zegt hij. We zien de wereld door ogen die we zelf niet hebben, op een manier die we ons tot voorheen nog niet konden voorstellen.

Sommigen denken dat wanneer kunst zich leent om iets concreets te bewerkstelligen in de wereld, het de kunst verzwakt. Kunst, zo is de redenering, dreigt een instrument te worden. Maar het zijn juist de kunstwerken die zich tot de maatschappij, onze leefomgeving en ons mensen verhouden, die ik zo spannend vind. Twee kunstenaars namen eens een heel boerendorp het werk uit handen, zodat de inwoners zich konden buigen over wat het betekent om niets te doen. Ze boden hen een ondenkbare en vooraf onvoorstelbare ervaring. 

Of het nu het uitdovende beeld van Aëgerter is of de vreemde, trillende, rook spuitende en geluid makende sirenen: ze zijn al lang mijn hoofd binnengedrongen. Het terrein van de kunst is door Edward en zijn collectief uitgebreid en kan datastromen verbeelden binnen haar eigen sensorische taal. De beeldtaal van zendmasten of satellietsterren heeft het daar niet voor nodig. Zo groot, veelomvattend en allesbepalend het onderwerp is, zo klein, natuurlijk en bijna terloops is het tastbaar gemaakt. Het is een onomkeerbaar fenomeen waarin Edward ons meesleept. Want als je het onzichtbare eenmaal ziet, kun je het niet meer níet zien.

Mede mogelijk gemaakt door:



Volg PaltzBiënnale